Dag 8: Een korte rijdag naar Grand Teton

Het is goed koud geworden vannacht. En dat na een dag die toch nog de 32º heeft bereikt. Marja staat vandaag pas om half zeven op. Eindelijk een nacht doorgeslapen.

Ze merkt dat er een flinke wind is opgestoken, terwijl de voorspellingen voor de ochtend windkracht 1 aangeeft. Dit zorgt ook voor fikse golven op het Bear Lake.

naamloos-4631

Maar met de kou valt het wel mee. Desondanks doen we toch maar even de verwarming aan om de kou van de nacht uit de camper te drijven.

Om ongeveer half acht zijn we al weer op pad. Vandaag nog een redelijk lange rit naar Grand Teton National Park. Gelukkig niet meer langs hoofdwegen, maar langs een paar mooie scenic byway’s.

Niet al te druk en misschien zien we nog wat wildlife. De afgelopen dagen hebben we al aardig wat gezien. Zo zagen we langs de weg ineens een klein groepje Sandhill Cranes. Een soort Kraanvogel. We hebben ook al wat herten gezien. En vandaag hebben we ook een Redtail Hawk en een Bald Eagle gezien. Verder een aantal pelikanen en een soort reiger die ik nog niet eerder gezien heb. Vlak daarbij zit een Kingfisher op een tak.

Pronghorns horen natuurlijk ook op het lijstje te staan, evenals wat waarschijnlijk een paar whitetail dear of muledear waren.

Wat we ook zien is een gigantische hoeveelheid spreeuwen bij elkaar. Alleen jammer dat ze niet zo’n show geven in de lucht. Maar misschien doen ze dat alleen tegen de avond, voordat ze op stok gaan.

Het landschap waar we doorheen rijden is als vanouds geweldig om te zien. Glooiende vlaktes en  langgerekte hellingen die tot aan de voet van de steile bergen leiden en natuurlijk meren. Vanochtend zijn we al meer dan een half uur onderweg en nog steeds rijden we langs de oever van Bear Lake. Met een gemiddelde snelheid van zo’n 40 mijl per uur, betekent dat dat het meer minster 20 mijl lang is. Een aardige plas water.

naamloos-4636
naamloos-4640
naamloos-4643
naamloos-4647
naamloos-4649

Het meest opvallende vandaag vind ik de plaatsen waar we doorheen rijden. Ze hebben de meest fantastische namen, zoals ‘Moot’ (?). Geen idee waar dat voor staat. En grappig is, dat bij veel van die plaatsen borden staan met het aantal inwoners. De laagste score is 131 inwoners. Misschien dat ze dat niet dagelijks bijhouden. Maar het geeft wel aan dat het minuscule dorpen zijn. Als je dan ook nog een begraafplaats bij zo’n dorp ziet, vraag je je af of er misschien meer overledenen op die begraafplaats liggen dan er mensen in het dorp wonen. Ik heb daar geen navraag naar gedaan.

naamloos-4651
naamloos-4655
naamloos-4659
naamloos-4667
naamloos-4675
naamloos-4676
naamloos-4679
naamloos-4682
naamloos-4686
naamloos-4692
naamloos-4730
naamloos-4739
naamloos-4741

Een wat grotere plaats is Jackson. Zo’n 10.000 inwoners als ik het goed gelezen heb op een bord. Daar doen we nog wat boodschappen bij Alderson’s. Marja heeft een nieuwe leesbril nodig. De andere is gesneuveld toen ze een luik van de camper op haar hoofd kreeg (gelukkig niet heel erg hard). Maar ze had haar bril bovenop haar hoofd zitten, die toen op de grond viel waarbij er een glas uitviel en het montuur kapot ging. Ik heb dat met ducktape nog een beetje proberen op te lappen, maar dat mocht niet baten.

En we kopen gelijk maar vier yerricans met water. Dan hoeven we dat voorlopig niet te halen.

Dan bereiken we het park en worden we bij een viewpoint, waar je de Grand Tetons kunt bewonderen, geconfronteerd met een leeggelopen bus Aziaten. En als gewoonlijk zijn die mensen weer heel erg aanwezig. Luidruchtig, schreeuwerig, de plaats bezettend met z’n allen. Dat maakt dat we het al snel bekeken hebben. Want als we ergens een hekel aan hebben is het een groep schreeuwende Aziaten.

naamloos-4754
naamloos-4758-pano
naamloos-4762
naamloos-4763
naamloos-4771

Dan is het nog een ‘klein’ stukje naar de campground Headwaters at Flagg Ranch (wat een naam ook weer he). Daar checken we in en zetten de camper op zijn plek. Bij het inchecken krijgen we een heel verhaal over dat dit bear-country is. Duh dat is een van de redenen waarom we hier naar toe zijn gekomen. Maar het verhaal heeft toch wel indruk gemaakt op ons.

Als we wat later naar de Convenience Store zijn gelopen kijken we toch even naar Bearspray. We zoeken dat in het formaat van de busjes pepperspray, zoals we die in Nederland kennen. Die vinden we niet, omdat een bus Bearspray misschien wel 6 à 7 keer groter is. En dat is ook te merken in de prijs: $ 52,—. Alsof je …..

Eerst denken we, dan gaan we maar niet hiken. Maar dan zien we in de Grocerystore nog meer bussen bearspray staan en besluiten er dan toch maar één te kopen. Als we daarmee buiten lopen horen we achter ons een stel verbaast zeggen: Bearspray? Zo van, heb je dat hier nodig dan? Kennelijk wel, want volgens de dame van de Grocerystore is er 2 dagen geleden iemand aangevallen door een beer en die ligt nu in het ziekenhuis. Die man dan, niet de beer.

We beamen dus tegen die mensen, dat als je wil gaan wandelen je toch maar beter zo’n bus mee kan nemen. Op de campground zal het niet zo snel nodig zijn. Maar beter ‘safe than sorry’.

Vanavond staat er weer steak op het menu. Met kartoffelsalade. En we leggen een extra dekbed op het bed. Want vannacht wordt het misschien nog wel kouder dan afgelopen nacht. We halen de waterslang voor de nacht ook maar van de aansluiting af. Ook daarmee kun je niet voorzichtig genoeg zijn. Èn de kachel gaat aan voor de nacht. Natuurlijk niet op 20 graden, maar genoeg om het behaaglijk te houden.

Morgen gaan we op zoek naar een andere campground en gaan we een aantal punten van Grand Teton onderzoeken. En misschien hebben we daarbij de Bearspray ook bij ons, voor het geval.

© MarenKo 2013