Dag 21: Het meest noord-westelijke puntje van de US (los van Alaska dan)

We hebben het idee om nog een nacht in Ocean City State Park te overnachten laten schieten. Met name door het niet zo inspirerende brede lege strand.

Dus vandaag gaan we een van de suggesties van Donald Appelhof opvolgen. We gaan richting Neah Bay. Een plek waar je volgens hem een trail hebt, waarbij je een eind boven het water loopt en waar je beneden walvissen kunt zien zwemmen (als je geluk hebt natuurlijk).

Dat betekent, dat we nog een eindje te rijden hebben. En ons kennende hebben we daarbij ook rekening te houden met de nodige tussenstops. Als we daarbij een aardige camping zien kunnen we daar natuurlijk ook stoppen en overnachten. Dat lijkt bijna te lukken bij de campground Kalaloch. Daar wordt ons door de camphost aangeraden bij de plek D30 te gaan kijken. De mensen die daar stonden zijn net vertrokken.

Op zich een geweldige plek, maar volgens de print op het wegdek is dit een plaats voor disabled persons. En dat zijn we, gelukkig, niet.

Als ik de camphost vraag of dat kan, vertelt hij me dat dat alleen zou mogen als de campgrond vol zou staan. Nou dat is ie niet. Dus moeten we op zoek naar een andere plek. Een mooi plekje dat ik gezien heb, wordt net voor onze neus weggekaapt door een ander stel. En op de rest van de campground vinden we niet die plek die maakt dat we willen blijven.

Dus verlaten we de campground weer om onze weg te vervolgen. Een volgende stop is Ruby Beach. Volgens Marja een bekend strand. En dat is te merken. Want zelfs hier begint het al aardig druk te worden. Dat terwijl er foto’s zijn met een volledig leeg strand. Dat heeft misschien ook te maken met het weer.

naamloos-6826
naamloos-6833
naamloos-6825
naamloos-6838

Want wat dat aangaat treffen we het wel in deze contrijen. We hebben tot nu toe nog maar een halve dag regen gehad. Dus daar klagen we niet over. Ook nu is het weer een stralende dag.

naamloos-6818
naamloos-6819
naamloos-6820

Op het volgende stuk van de route komen we in aanraking met het Olympic National Park. We rijden daar niet echt doorheen, maar pakken af en toe (volgens de kaart) wat uitlopers van dit park mee. En dat is niet verkeerd. Het lijkt ons een schitterend park met mooie bossen. Met vooral heel hoge bomen.

Bij het passeren van een paar kleine gehuchten wordt maar eens te meer duidelijk hoe groot de verschillen zijn in Amerika. Er zijn zeker heel rijke mensen, die vaak van die prachtige huizen op hoge bergen hebben staan. Met ongetwijfeld schitterden uitzichten.

Maar in die gehuchten kun je goed zien, met name aan de vaak vervallen staat van huizen en auto’s e.d., dat er wel heel veel armoede is in Amerika. En als je dan Trump hoort brallen, vraag je je toch werkelijk af waarom zoveel mensen nog in hem blijven geloven.

Maar genoeg daarover.

Als we in de buurt komen van onze eindbestemming worden we nog getrakteerd op een weg die lijkt te bestaan uit louter bochten. Veel daarvan moet je helemaal terug naar 20 mijl per uur om niet uit de bocht te vliegen. Gelukkig is het niet al te druk en hoef ik niet al te vaak aan de kant om snellere auto’s voorbij te laten.

Na een tijdje bochten nemen begin ik mijn schouders toch zo langzamerhand wel te voelen.

En dan komen we eindelijk in Neah Bay aan. Maar dan moeten we de campground nog vinden. Maar door gewoon steeds de weg te blijven volgen komen we dan toch bij de campground aan: the Hobuck Beach Resort. Eerst twijfelen we nog: hebben we wel ocean-view. Maar als de man van de registratie ons verzekerd dat dat zo is betalen we voor een nacht en rijden naar onze plek. En dan blijkt dat dit wel een heel bijzondere campground is. Met de neus van de camper richting Oceaan hebben we een geweldig zicht op het strand en de rotsen die er rondom op het strand en in de oceaan staan.

naamloos-6863

Ook zitten er ontzettend veel vogels hier. Vooral de Pelikanen vliegen hier een grote aantallen langs het strand en duiken om hun visje mee te pikken.

naamloos-6954

En als klap op de vuurpijl zien we dan een eind op zee ook de pluim van een walvis. En misschien zijn het er wel twee of drie. Eerst zijn we niet zeker, omdat de pluim elke keer op vrijwel dezelfde plek verschijnt. Maar later verschuift de plek toch zichtbaar en zijn we er zeker van dat dit wel een walvis of walvissen moet/moeten zijn.

naamloos-6867

Jammer dat het zover weg is en we ze niet ook kunnen zien. Maar op zich is dit al een belevenis.

De zonsondergang hier mag er ook zijn. Als ook bijvoorbeeld de zeeanemonen en heremietkreeftjes die Marja filmt en fotografeert. Bijzonder allemaal.

naamloos-6917
naamloos-6903
naamloos-6893
naamloos-6957
naamloos-6981

Voor de avond hebben we soep met brood klaarstaan en daarna moet ik nog twee verslagen schrijven. Dan straft zich het een keer overslaan: dat komt morgen wel. Precies. En daarom zit ik nu twee verslagen achter elkaar te schrijven.

Morgen maar weer gelijk doen als de dag om is. Dat wordt morgen wellicht wat eenvoudiger, omdat we hebben besloten hier in ieder geval nog een nacht extra en misschien nog wel twee nachten er aan vast te plakken.

We shall see what happens (zou Trump zeggen).

© MarenKo 2013